1. INTERIEUR – SLAAPKAMER WOONGROEP GORINCHEM, AVOND
PATRICIA (22), zit alleen op haar kamer. Buiten is het donker. Ze draagt een dikke trui en heeft haar armen om haar benen heen gevouwen. Haar telefoon ligt op de armleuning. Ze kijkt ernaar en haalt diep adem. Dan pakt ze hem op en kiest een nummer.
PATRICIA
Hey mam. Hoe is het?
MOEDER
Hi. Ja, wel oké, denk ik.
PATRICIA
Hmm oké. Prima. Enne, nog even over eergisteren hè, wat ik je vertelde…
MOEDER
Ja.
PATRICIA
Over het FAS-project.
MOEDER
Mmm.
PATRICIA
Dat is toch goed?
MOEDER
Luister, ik heb daarover niets tegen jou te zeggen.
PATRICIA
Waarom niet? Ik bedoel, het is toch goed als ik me kan uiten?
MOEDER
Je zet me voor schut, voor al die mensen. Je doet alsof het mijn schuld is dat jij zo ziek bent.
Patricia krijgt een verbeten trekje rond haar mond en haar stem klinkt harder.
PATRICIA
Maar dat is ook wel een beetje zo.
MOEDER
Dat is níet zo.
PATRICIA
Oh nee?
Lees verder in het boek Waanzinnige Verhalen