Alles op z’n plek

Expositie in DeFabrique.

“Ik heb hier nog nooit van gehoord, terwijl ik het misschien wel ben tegengekomen in mijn werk,” hoor ik een jonge vrouw zeggen terwijl ze zich langs de foto’s en informatiepanelen over alcohol en zwangerschap beweegt. Ze vertelt dat ze ambulant medewerker is. Net als een heleboel andere professionals uit de zorg en het onderwijs is ze vandaag aanwezig op het symposium van de Landelijke Vereniging Aandachtsfunctionarissen Kindermishandeling.

“Over hoeveel glazen hebben we het?”

Zelf loop ik sinds een paar maanden stage bij het FAS-project en vandaag zijn ook wij aanwezig, met een expositie. De dag is georganiseerd vanwege de Week tegen Kindermishandeling en de portretten en verhalen van de kinderen trekken al gauw de aandacht. Nieuwsgierig naar de reacties loop ik rond. De expositie roept veel vragen op. Want waar staat FAS eigenlijk voor? Over hoeveel glazen alcohol hebben we het? Is de schade blijvend? En hoe uit FAS zich bij volwassen mensen?

Een wat oudere vrouw komt naar me toe. Ze vertelt dat haar schoondochter probeert zwanger te worden. “Maar ze drinkt nog wel gewoon alcohol. Misschien moet ik haar één van deze cadeau doen,” zegt ze terwijl ze door een van de boeken bladert. Een andere vrouw vertelt dat zij en haar man aspirant-pleegouders zijn. “We zitten nu nog in het traject om het te worden. Komt FAS dus relatief meer voor in pleegzorg?”

“Nu ik dit zie, begint het op z’n plek te vallen.”

Verderop bij de portretten van de kinderen staat een kinderarts. “Tijdens mijn studie heb ik alleen over de gezichtskenmerken geleerd, maar als ik hiernaar kijk besef ik dat ik een kind met FAS echt niet altijd aan het uiterlijk zou herkennen.” Een andere bezoeker vindt juist herkenning in de foto’s: “Ik heb een neefje en zijn moeder heeft vermoedelijk gedronken tijdens de zwangerschap. Nu ik dit zie, begint het op z’n plek te vallen.”

Vandaag sprak ik met jeugdwerkers, artsen, verpleegkundigen en onderwijzers. Mensen die in hun dagelijks leven misschien wel te maken hebben of kunnen krijgen met FAS. Toch is de onwetendheid ook bij hen nog groot, realiseer ik mij maar weer. Gelukkig was de interesse en welwillendheid van de bezoekers om over FAS te leren, informatie mee te nemen én deze kennis weer te verspreiden onder collega’s en andere mensen om hun heen, zeker aanwezig.

Geschreven door: Céline Bast, medewerker van het FAS-project

FAS2025IV wordt mede mogelijk gemaakt door het Oranje fondsKansfonds, het Gehandicapte Kind en Stichting Boschhuysen.

X