De bosbrigade
Uitgerust met rode emmers en regenlaarzen vertrekken Mila, Jasmijn en Damian naar het bos. Ze gaan straks herfststukjes maken, maar moeten eerst nog aan materiaal zien te komen. Het zoeken begint al voordat ze überhaupt in het bos zijn. Damian duikt in de greppel naast de weg: op zoek naar eikeltjes. Mila volgt hem voorzichtig en doet mee. Jasmijn gaat al snel haar eigen gang en vindt in plaats van eikeltjes een lege drankfles. Ze slingert ‘m naar de andere kant van de straat. Zo, die is uit de weg.
Eenmaal in het bos aangekomen, kan het verzamelen écht beginnen. Jasmijn knipt wat hulst af. “Hier, Mila, een stukje voor jou. Alsjeblieft. En Damian, hier heb jij ook een beetje.” Al kletsend vullen ze hun rode emmers met gekleurde bladeren, stukjes mos, dennenappels en takjes. Maar in het bos valt veel meer te beleven dan alleen verzamelen. Tussen de bomen in ligt een enorme plas water. Zonder te twijfelen springt Damian erin.
Met een aarzelende glimlach kijkt Mila hoe Damian tot boven zijn enkels in de modder wegzakt. Ze peinst er niet over om met hem mee te doen: “Je wordt toch helemaal nat zo?!” roept ze bezorgd. Voor Jasmijn is dat geen reden om aan de kant te blijven staan. Waarvoor hebben ze anders die regenlaarzen aan? Samen met haar pleegbroertje danst ze in het water, modderige spetters vliegen in het rond.
Ze gaan weer door met hun boswandeling, maar Damian is nog lang niet uitgeraasd. Al die bomen in het bos zijn natuurlijk perfect om in te klimmen. Mila niet gezien, die blijft met haar hoogtevrees liever met beide voeten op de grond. Damian klimt moeiteloos naar boven, maar vanaf daar lijkt de grond opeens wel erg ver weg. Damian durft niet meer naar beneden. Bezorgd slaat Mila haar hand voor haar mond. Daarna haalt ze haar schouders op: “Tja, waarom klim je er dan ook in?” Als Damian weer op de grond staat is het tijd om naar huis te gaan. Daar kan het knutselen beginnen.
Laat een bericht achter